Ex-Trouw journalist Vincent Dekker schreef het boek Going Down Doing Down dat in eerste druk in 1994 verscheen, en daarna nog een aantal keren werd aangepast. In het boek komt hij met een alternatieve versie van de werkelijkheid zoals die door de Raad voor de Luchtvaart in 1994 werd gepresenteerd in het officiële ongevallenonderzoeksrapport. In 1994 was al door de vooronderzoeker van de Raad voor de Luchtvaart aangegeven dat het boek voor wat betreft het ongevallenonderzoek onwaarachtig was en dat de meeste aantijgingen eenvoudig te weerleggen waren. De laatste versie van het boek is uit 2022 en werd in september van dat jaar uitgegeven rondom de 30-jarige herdenking van de vliegramp. Vincent Dekker heeft ontzettend zijn best gedaan om zijn kant van het verhaal aan het publiek 'te verkopen'. Echter, omdat ik toegang heb tot betrouwbare broninformatie en zelfs letterlijk met mijn neus bovenop vele processen zat, en daarnaast ook de deskundigheid bezit en direct kan aanspreken, ben ik in staat om een veel nauwkeuriger feitenbeeld te verstrekken dat concreter is en fundamenteel  afwijkt van wat Vincent Dekker schrijft en beweert.

Ik heb me de laatste jaren zeer ingespannen om het verhaal van de vliegramp vanuit de feitelijke kant te belichten, om meer nuance in de verhalen in de media rondom de vliegramp te brengen. Daartoe heb ik contact gezocht met de primaire bronnen die aan het vooronderzoek in de diverse subgroepen deelnamen, nationaal en internationaal. Dit leidde uiteindelijk tot een onafhankelijk onderzoeksproject en een publicatie door het Historisch Nieuwsblad in september 2024. Dit door het Historisch Nieuwsblad uitgevoerde onderzoek moest aan de hoogst denkbare journalistieke maatstaven voldoen. In de speciale editie worden de belangrijkste complottheorieën weerlegd. 

Het proces was niet makkelijk en er was moed voor nodig, omdat er nogal wat emotie in het verhaal over de vliegramp zit en ikzelf weer in discussies betrokken zou kunnen raken. Er zijn mensen die zich aangevallen kunnen of zullen voelen. Anderzijds was het juist wel makkelijk, omdat met een goed overzicht de feiten uiteindelijk ‘voor zich spreken’. 

Begin 2025 nodigde ik Vincent Dekker uit om de beschikbare nog niet aan het Nationaal Archief overgedragen dossiers, zelf in te zien. Het betreft het volledige dossier van de vooronderzoeker van de Raad voor de Luchtvaart, de heer ir. H.N. Wolleswinkel en de dossiers die ik zelf thuis heb bewaard, waaronder een dossier van de parlementaire enquête. Andere dossiers worden nog door sommige gepensioneerde experts thuis bewaard (ik noem ze de 'zolderkamerarchieven') en weer andere dossiers waaraan ik meewerkte worden bewaard in het Nationaal Archief; die zijn ook voor mijzelf (helaas) beperkt openbaar. Hieronder de brief die ik Vincent Dekker stuurde.

Aan de heer V.F. Dekker Bergen
49 downloads

De heer Dekker heeft geen reactie op de per e-mail verstuurde brief gegeven. Ook na een herinnering bleef een reactie uit.

 

Update op 15 april 2025: na drie en een halve maand liet Dekker op vragen van het Regionaal Opleidings Centrum (ROC) Rijn IJssel, waar hij voor het interview voor wederhoor was uitgenodigd, aan hen weten dat ‘het er niet van gekomen is’ om contact op te nemen, zie in het hoofdstuk Interviews | ongevallenonderzoek EL AL 1862 en hieronder de video opname. Daarnaast meldde Dekker mij niet als deskundige en onderzoeker te beschouwen, maar slechts als coördinator van het wrakstukken onderzoek in hangar 8, die zich door deskundigen liet bijstaan en die leugens verspreidt. 

 

(Opmerking: heel strikt genomen waren een aantal van de voor het door de Raad voor de Luchtvaart uitgevoerde ICAO Annex 13 vooronderzoek geselecteerde experts in hun functie bij de Rijksluchtvaartdienst geen 'pur sang' gekwalificeerde 'accident investigators', maar werden zij geselecteerd op basis van ervaring en deskundigheid. Ik zelf was destijds de toezichthouder van de Rijksluchtvaartdienst op het KLM B-747 onderhoud en op alle gasturbine gerelateerde onderhoudsbedrijven in Nederland, maar ook daarbuiten. Ik was reeds betrokken geweest bij een aantal bijzondere ongevallen en incidenten onderzoeken als expert B747 en gasturbines, en ik was internationaal betrokken bij de certificatie van de Airbus A330 en A340 vliegtuigen, waarbij ik deelnam in projecten van de motorfabrikanten Pratt & Whitney, General Electric, Rolls Royce en CFMI. Pas na het El Al ongeval behaalde ik mijn kwalificatie als ongevalsonderzoeker bij het South Californian Safety Institute. De laatste 20 jaar van mijn loopbaan was ik Powerplant Installations, Fuel Systems en APU Expert voor de Europese Unie, die onder andere tot taak had alle uitgevoerde luchtvaartongevallenonderzoeken te beoordelen).

 

Het ‘niet gehoor geven’ aan een uitnodiging bij een live opgenomen faire confrontatie is mijns inziens veelzeggend. Want, zo voorkom je dat je voor het oog van het publiek in een gesprek met een deskundige (die onder ede in een parlementaire enquête gehoord is), en die je per e-mail als ondeskundig en leugenaar wegzet, zou moeten bekennen dat je beweringen geen stand houden.

Mogelijk blijven de aantijgingen en valse insinuaties van Dekker (als een van de als paranoide onheilsmaniakken benoemd, zie artikel Groene Amsterdammer van april 1999) doorgang vinden via niet-journalistieke producties en kanalen waarbij het wederhoor weg-georganiseerd is of wordt. Het tekent eigenlijk de essentie van de problemen met Dekker als journalist die zich vrij snel al na het ongeval in 1992 aftekenden. Een faire confrontatie vond nooit plaats en is niet mogelijk. De door miscommunicatie ontstane verschillen van inzicht werden niet ‘face to face’ opgelost en de broninformatie en kwaliteit van de eigen analyses van Dekker waren in veel gevallen twijfelachtig en niet van de primaire bronnen afkomstig of niet met hen voldoende zorgvuldig geverifieerd. Lees het artikel in De Groene Amsterdammer uit 1999 na afloop van de parlementaire enquête nog maar eens na! Bijlmergekte ontmaskerd – De Groene Amsterdammer.

 

Uiteindelijk zijn de Bijlmerbewoners die de beweringen van Dekker serieus nemen de dupe van de ontstane en soms gecreëerde of bewust geprovoceerde verwarring om de gewenste duidelijkheid te verkrijgen. Toegegeven: de informatie voorziening destijds was gebrekkig, en dat was ook een erg lastig proces, maar toch zijn er principes waar een journalist zich aan zou moeten houden.

Zolang de Nederlandse media het door Dekker en Van Gijzel bij Rampvlucht (2022) uitgedragen beeld niet wensen te corrigeren conform het rapport van de parlementaire enquête 'Een beladen vlucht', zal de onduidelijkheid blijven voortwoekeren, zodat niemand in de toekomst meer weet wat er nu waar of onwaar is. Zie Illusoir waarheidseffect | ongevallenonderzoek EL AL 1862 . Mijns inziens lijkt dat een moderne vorm van geschiedvervalsing. Dekkers uitspraken hebben immers invloed en hij wordt in de Bijlmermeer door velen 'als een held' gezien, die het voor hen tegen de 'machtige autoriteiten' en luchtvaartsector opneemt. Dat lijkt me voor nabestaanden en slachtoffers een verwarrend perspectief. Het is de vraag of de media, als alle ICAO Annex 13 openbare documenten zijn vrijgegeven, in staat zijn om een feitenconform, objectief en waarheidsgetrouw beeld neer te zetten, dat de nabestaanden en slachtoffers kan helpen.

20250414 Journalistiek interview met gelegenheid voor wederhoor aan V.F. Dekker door de media-opleiding van het ROC Rijn IJssel te Arnhem op 14 april 2025. De interviewers zijn Jillian Soetenosojo en Laurens Löbel studente Journalistiek & Media.
2 downloads