Het onderzoek naar de lading werd twee weken na het ongeval gedelegeerd aan de Rijkspolitie Dienst Luchtvaart, naar aanleiding van vragen van de media. De lading werd uiteraard (verplicht en conform de procedures) onderzocht op gevaarlijke stoffen en in verband met de gewicht- en zwaartepuntsbepaling van het vliegtuig. Het toestel bleek niet te zwaar beladen te zijn en de ligging van het zwaartepunt bevond zich binnen de toegestane grenzen. Omdat er geen verband was tussen het ongeval en de lading, werd de lading geen deel van het ICAO Annex 13 onderzoek naar de oorzaak van de vliegramp.

 

Omdat ik geen ladingsspecialist ben, diep ik dit onderwerp dan ook niet verder uit. Uiteraard heb ik, gedurende de maanden van het vooronderzoek op Schiphol in hangar 8, de meeste delen van het wrak en van de lading van dichtbij gezien, en in twijfelgevallen over de herkomst, zelf in handen gehad. Daarmee beschouw ik mezelf als een van de beste getuigen met betrekking tot de lading van het vliegtuig. In de hangar waren eveneens werkzaam specialisten van:

  • de FAA,
  • NTSB,
  • Boeing,
  • Pratt & Whitney,
  • EL AL vliegdienst en El Al  Quality Assurance,
  • KLM grondwerktuigkundigen met een Boeing 747 type-bevoegdheid,
  • het hoofd van de KLM Flight Safety Department,
  • het Gerechtelijk Laboratorium,
  • de Koninklijke Luchtmacht,
  • de Marechaussee,
  • de Rijkspolitie Dienst Luchtvaart,
  • het Nationaal Lucht- en Ruimtevaart Laboratorium,
  • soms vertegenwoordigers van het Ministerie van Justitie en
  • twee toezichthouders (accredited representatives ICAO Annex 13) van Israël en de Verenigde Staten. 

Deze partijen hadden dikwijls tegengestelde belangen en hielden elkaar goed in de gaten. Als er klachten waren over de gang van zaken of gevolgde procedures dan werden die via de ICAO Annex 13 accredited representatives van de USA en Israel doorgegeven.

Bij de ingang van hangar 8 stond tussen 5 oktober 1992 en kerst 1992 een politiemedewerker die een logboek bijhield van iedereen die hangar 8 betrad. 

Het lid van het team van de Israëlische toezichthouder (gepensioneerd generaal Lapidot), de heer Emmanuel Liban (vice president Israel Aircraft Industries) was aanvankelijk zeer kritisch en ventileerde zijn  commentaar via de Israëlische regering, maar na voltooiing van het wrakstukonderzoek in hangar 8 sprak hij me aan en zei: 'jongeman, ik ben nogal kritisch geweest, maar als je ooit een baan zoekt, meld je dan bij mij'.  (Emanuel Zvi Liban - Mechanical Engineering Faculty (technion.ac.il)

De ontbrekende 20 ton lading waarover zoveel te doen is, is in het rapport van de parlementaire enquête gespecificeerd. Uit eigen waarnemingen in hangar 8 kan ik bevestigen dat er inderdaad veel electronica tussen de wrakstuk delen is aangetroffen.

Uitvoering onderzoek ELAL 1862 F.J. Erhart
PDF – 2,2 MB 54 downloads
Special Load Notification
PDF – 401,1 KB 46 downloads

De onderstaande NOTOC werd op tape voorgelezen en veroorzaakte tijdens de parlementaire enquête veel media-onrust en resulteerde in het gezegde 'onder de pet houden'.

De volledige NOTOC van de vlucht New-York naar Amsterdam (DUS NIET VAN AMSTERDAM NAAR TEL AVIV)
PDF – 2,7 MB 1 download

Hieronder een bericht uit de Staatscourant najaar 1993 dat bevestigt dat er geen gevaarlijke lading in het vliegtuig heeft gezeten. Dat wil niet zeggen dat mensen niet van de rook, de verbrande kerosine, het blusschuim en andere vrijgekomen stoffen ziek geworden (kunnen) zijn, maar dat volgens de toen geldende definities de lading vervoerstechnisch aan alle vereisten voldeed en niet als gevaarlijk 'geclassificeerd' is/was.

Ook nadat er jaren gespeurd is naar de precieze specificatie van 20 000 kg lading, die in principe tot de niet-gevaarlijke lading behoort (zie download  van F.J. Erhart hierboven) is dit bericht nog steeds waar.

Ook als er nog twijfels zouden bestaan over enkele duizenden kilo's uit deze groep van 20 000 kg lading, omdat er misschien enkele detail House Airway Bills zouden ontbreken, is het duidelijk dat de uitkomsten van de epidemiologische onderzoeken uit 2004 niet zullen veranderen. Met andere woorden: heeft het zin om verder te zoeken naar die lading als de uitkomst van dat onderzoek niets zal kunnen opleveren?

Dit beeld wordt helaas door de media in Nederland niet uitgedragen, waarmee het beeld alleen maar in stand gehouden wordt dat er iets niet zou kloppen: mijns inziens volkomen onterecht.

Minister Hoogervoorst rapporteerde in 2004 aan de Tweede Kamer dat het klachtenpatroon van betrokkenen niet specifiek toe te schrijven is aan de vliegramp in de Bijlmer, dus ook niets met de lading te maken heeft.

 

Toch blijven de mensen denken dat hun klachten veroorzaakt zijn door de blootstelling aan schadelijke stoffen.

Ik heb over de lading in 2023 gecorrespondeerd met prof. Alex Wellerstein (zie Alex Wellerstein – Historian, Author, Programmer, Professor), die een boek geschreven heeft over de ontwikkeling van nucleaire wapens in Dimona in Israel. Hij achtte het vrijwel uitgesloten dat er met de EL AL Boeing nucleair materiaal vervoerd zou zijn, omdat dat op een zeer veilige manier verpakt zou zijn. Ikzelf acht dat op grond van het wrakstukonderzoek in hangar 8 ook uitgesloten. In elk geval bleek uit gezondheidsonderzoek van 26 RLD medewerkers geen enkel effect van blootstelling aan straling of sporen van uranium. Vreemd dat er mensen zijn die blijven beweren dat hun gezondheid iets met stralend materiaal te maken zou kunnen hebben. Voor hun bewering ontbreekt al meer dan 30 jaar elk bewijs.

Communicatie Wellerstein-Pruis
PDF – 27,4 KB 51 downloads