Medewerkers van een onderzoeksteam bij een vliegtuigramp, medische staf, ambulancepersoneel, brandweer, politie, beveiliging en tandartsen kunnen tijdens hun werkzaamheden in aanraking komen met virussen of lichaamsstoffen van slachtoffers of patienten. Het gaat dan bijvoorbeeld om Hepatitus B of C en HIV. Zij kunnen daardoor besmet raken en dienen zich voor een mogelijke besmetting te beschermen. In 1992 waren er nog geen goede medicijnen tegen HIV en AIDS.

Voor vliegtuigramp onderzoekers is een training verplicht om zichzelf te beschermen tegen ziekteverwekkende lichaamstoffen. Deze training heet "Bloodborne Pathogens". Na afloop van de training ontvangt men een certificaat, dat altijd getoond moet worden om toegang te krijgen tot een locatie waar het wrakstukonderzoek wordt uitgevoerd. Als een onderzoeker het certificaat niet kan tonen, wordt in principe geen toegang tot de crash-site verleend. De training kan gevolgd worden bij de KLM (zie hieronder een link naar de training bij de KLM). Ikzelf heb mijn training gevolgd bij het Southern Californian Safety Institute als deel van mijn opleiding tot aircraft accident investigator. De eisen of richtlijnen liggen internationaal vast: zie https://www.osha.gov

Bij het beschermen tegen besmetting speelt kleding een belangrijke rol. Er worden overalls gebruikt, wit of blauw van kleur, handschoenen, voetbescherming, maskers, mondbescherming en brillen. Men wordt erop getraind de kleding op een verantwoorde manier na gedane werkzaamheden uit te trekken en weg te doen. Hieronder een aantal foto's van de kleding. 

In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat het zeer onprofessioneel van een vliegtuigongevallenonderzoeker of ander ingezet personeel bij een luchtvaartramp is, om een crashlocatie te betreden zonder goede bescherming. Meestal zal men geen toegang krijgen. Hieronder ziet u een aantal foto's van mijn training in Albequerque in New Mexico. We gebruikten daar blauwe in plaats van witte pakken. De training werd door de meeste cursisten als iets bijzonders beschouwd, zelfs soms een beetje hilarisch getuige een van de foto's.

In hangar 8 werden vanaf 7 oktober 1992 bij het wrakstukonderzoek op advies van de KLM ARBO services witte wegwerpoveralls en stofmaskers gebruikt die door de KLM gratis ter beschikking werden gesteld. Het was bekend dat er in de flat ook asbest verwerkt was en het was in hangar 8 inderdaad nogal stoffig met lading die uit containers gestort werd.

Waren dit de mannen in witte pakken op de ramplocatie op 4 oktober 1992?

 

Ik ben op 4 oktober 's avonds niet op de ramplocatie in de Bijlmermeer geweest, dus ik kan niet uit eigen waarneming spreken. Wat ik wel kan zeggen dat het aantreffen van mensen op een ramplocatie die een wit of een blauw pak aanhebben om zich te beschermen tegen bloodborne pathogens, een standaard procedure voor professionele ongevallen onderzoekers en anderen is, en niets bijzonders is. 

Uit verklaringen gedaan in de podcast van Flugforensik episode 22 over de Bijlmerramp maak ik op dat ooggetuigen in het eerste half uur na de ramp al een aantal mannen in witte pakken hebben gezien, zelfs voordat andere hulpverleners zoals politie en brandweer zouden zijn aangekomen. Wat daar ook over gezegd kan worden zonder ze zelf gezien te hebben, is in ieder geval dat het niet uitgesloten kan worden dat dit mensen zijn geweest die wisten hoe ze zichzelf tegen besmetting door ziekteverwekkers moesten beschermen. Zoiets is in mijn ogen eerder professioneel dan geheimzinnig. Of het professionele hulpverleners zijn geweest kan ik noch bevestigen, noch ontkennen. Dat het alleen maar mannen zouden zijn geweest, staat allerminst vast. Maar dat medewerkers van de Mossad, wiens verblijf op Schiphol nooit aangetoond is, afkomstig 'ergens' van Schiphol, in staat zouden zijn geweest de ramplocatie vanaf een positie aan Airside bij baan 27, waar iedereen de Boeing verwachtte een noodlanding te maken, de crash-site in de Bijlmermeer binnen 15-30 minuten te kunnen bereiken, lijkt me onmogelijk. Reken het zelf maar na met behulp van google-maps en het banenstelsel van Schiphol Airside. De mannen in witte pakken in de Bijlmermeer kort na het neerstorten kunnen dus geen Mossad agenten afkomstig van Schiphol zijn geweest.

Het is opmerkelijk dat bijvoorbeeld journalist Joost Oranje met dezelfde informatie als Vincent Dekker besloot om niet over de mannen in witte pakken te publiceren, omdat hij geen eenduidig beeld uit de informatie verkreeg (luister de podcast van de KRO-NCRV rampvlucht). Van mijn kant vraag ik me af waarom Dekker, als hij vond dat er een groot probleem met cruciale vliegtuigcomponenten zou hebben bestaan, de autoriteiten en politie niet om hulp gevraagd heeft, en pas 9 maanden na het ongeval met de mannen in de witte pakken op de proppen kwam. Zijn onderzoek duurde vele maanden, terwijl de Bijlmermeer na 6 dagen al compleet opgeruimd was, en het bewijsmateriaal was verdwenen. Was zijn behoefte om met spectaculaire onthullingen te blijven komen niet groter dan zijn onderzoekend vermogen en zijn professionele journalistieke inzicht?

Witte pakken in hangar 8?

 

KLM Health Services heeft in hangar 8, na een onderzoek naar de arbeidsomstandigheden, witte wegwerp overalls, handschoenen en mond/adem bescherming in de vorm van stofmaskers verstrekt aan ingevlogen onderzoekers van de diverse deelnemers aan het ICAO Annex 13 onderzoek. Zie hiervoor ook het onderwerp hangar 8 op deze website. Ook hier waren witte overalls eerder een teken van professioneel gedrag om je goed te beschermen dan iets bijzonders of iets geheimzinnigs.

De vraag of er geheimzinnige mannen in witte pakken in hangar 8 geweest zijn kan ik wel uit eigen waarneming bevestigen: dat waren de onderzoekers zelf, en daar was niets geheimzinnigs aan. De heer D. van Os, de ´buurman in hangar 8´ gaf op de parlementaire enquete in 1999 aan dat er witte mannen in hangar 8 geweest waren, op de dag na het ongeval op 5 oktober, die tussen de bergen met wrakstukken hadden gezocht. Ik heb op de parlementaire enquete zelf getuigd dat de getuigenis van de heer van Os niet juist kan zijn, omdat het transport vanuit de Bijlmermeer van wrakstukken naar hangar 8 nog niet op gang gekomen was. Niemand kan op die dag al tussen bergen met wrakdelen hebben gelopen, omdat die bergen er niet waren. Ik durf uit eigen waarneming te stellen dat er nooit geheimzinnige mensen in witte pakken in hangar geweest zijn: de toegang tot de locatie was voldoende beveiligd en er was 24 uur per dag een politie medewerker die toezicht op de hangar hield. Die politie medewerker hield een logboek bij, wie er in de hangar kwam. Een bladzijde uit dat logboek wordt getoond onder het hoofdstuk verarmd uranium.

Hierboven: goedkope wegwerpoveralls die door onderzoekers werden gebruikt in hangaar 8, gratis ter beschikking gesteld door de KLM.

Dan blijft nog de vraag over die onder andere Vincent Dekker en Pierre Heijboer naar voren hebben gebracht. Ook Vincent heeft dit in september 2024 in een interview in NRC nogmaals uitgesproken: zij vonden het geheimzinnig dat later op de avond alle journalisten van de ramplocatie werden weggestuurd. Daarbij zouden wellicht ook weer mannen in witte pakken zijn gesignaleerd.

Daarover wil ik het volgende kwijt: in principe wordt na een ramp het betreffende terrein zo snel mogelijk door de autoriteiten (politie, marechaussee, luchtvaartpolitie of anderen met bevoegdheid) afgezet. Dit, om de hulpverlening en het onderzoek naar de oorzaak zo goed mogelijk te kunnen doen, en ook om te voorkomen dat onbevoegden op een terrein aanwezig zijn. De afzetting wordt ook gedaan om te voorkomen dat er bewijsmateriaal verdwijnt of wordt verplaatst.

Het feit dat enkele journalisten op 4 oktober 's avonds op de ramplocatie vrijelijk hebben kunnen rondlopen is de uitzondering op de regel. Normaal gesproken krijgen zij helemaal geen toegang. Het afsluiten van het terrein later op de avond vind ik als ongevallenonderzoeker gewenst en volkomen logisch, en is mijns inziens conform de geldende procedures. Het afgrendelen van het terrein had eigenlijk al veel eerder moeten gebeuren, maar was door de omstandigheden niet mogelijk.Gelukkig konden er nog mensen gered worden door moedige Bijlmerbewoners. Alhoewel ik dit niet gecheckt heb, lijkt het me logisch om te veronderstellen dat een opdracht tot sluiting van het terrein gegeven werd door het degenen die verantwoordelijk waren voor de uitvoering van het rampenplan, waarvoor de burgemeester van Amsterdam de eindverantwoordelijkheid droeg.

Het is een bijzonder zwak argument om aan de afsluiting van de locatie een complottheorie te verbinden: na 32 jaar is er nooit een enkel bewijs gekomen dat hier iets geheimzinnigs aan de hand was: zullen we het dus maar op professionele hulpverleners houden die hun werk deden?

Het is niet bijzonder vreemd dat er in 32 jaren nooit een antwoord is gevonden op de geheimzinnige mannen in witte pakken. Het lijkt me een spannende verhaallijn die gemaakt is om de artikelen in de krant iets beter leesbaar te maken. Geen andere serieuze journalisten dan Dekker en Heijboer hebben hier ooit over willen schrijven, temeer ook omdat het totaal van de getuigenverklaringen geen eenduidig beeld opleverde. Vanzelfsprekend waren er op 4 oktober 1992 veel hulpverleners actief.